dinsdag 6 december 2011

Be perfect! Nobody is perfect! Are you nobody?

Matth 5: 46-48: “Is het een verdienste als je liefhebt wie jou liefheeft? Doen de tollenaars niet net zo?... Wees dus volmaakt, zoals jullie hemelse Vader volmaakt is.”

Be perfect! Nobody is perfect. Are you nobody?

Orde in de zaal!
Er zijn altijd wel wat standaardregels op school of thuis, waaraan je je moet houden: elkaar niet pesten; beleefd zijn tegen de leraar en je ouders; naar ze luisteren; geen vuile taal uitslaan, en zo nog een paar.
Houd je je ook aan die paar regels? Vraag je je wel eens af waarom die regels er zijn? Draai het boeltje eens om: denk je eens in dat ze er niet waren: hoe zou het dan zijn om met elkaar in één klas te moeten zitten? Om met elkaar een gezin te zijn? Je zou het echt niet uithouden: ruzie om de kleinste dingen, waar niemand een einde aan maakt; elkaar uitmaken voor van alles en nog wat en totaal geen interesse en aandacht voor elkaar, maar alleen prat op je eigen hachje. Helder toch?

Heilige boontjes in dop?
Ook het volk Israël kreeg in de woestijn van God een basisset van 10 regels (Exodus 20), waar ze zich aan moesten houden. Erg genoeg zondigden ze al tegen het eerste gebod “Vereer naast mij geen andere goden”, voordat Mozes met de twee stenen tafelen naar beneden gekomen was… How low can you go…
Als je die 10 geboden eens doorleest, zijn het lekker logische duidelijke regels: vereer God als je enige God, maak geen afgodsbeelden, vloek niet, bewaar één dag (voor ons de zondag) in de week speciaal voor God, heb eerbied voor je ouders, vermoord niemand, , blijf bij je eigen man of vrouw, steel niet, lieg niet, wees niet jaloers. Ziet er te doen uit.
Maar als je er nu eens dieper over nadenkt. Lukt het je altijd om ze te houden? Ben je nooit eens jaloers geweest op die te gekke gameboy van je buurjongen? Heb je nooit gelogen over waarom je zo laat thuis was? Ben je altijd vriendelijk tegen je ouders en luister je altijd eerlijk naar hen? Ik geloof er helemaal niets van. Zulke heilige boontjes zijn we geen van allen. We zijn geen haar beter dan het volk Israël!

Elke punt en komma telt
En dan gaan we een stuk verder de Bijbel door en komen we in het Nieuwe Testament bij Mattheüs 5. Daar houdt Jezus voor zijn discipelen een grote groep luisteraars bij een berg in Gallilea een preek, waar de honden geen brood van lusten!
De tien geboden leken eerst lekker simpel en logisch. Dan blijken ze veel moeilijker te houden dan we hadden gedacht. Vervolgens lezen we nu dat ze gewoonweg onhaalbaar zijn! Lees maar eens Matth. 5: 17, 18: daar zegt Jezus: Denk niet dat ik gekomen ben om de Wet of de Profeten (Wet en Profeten staat voor het Oude Testament) af te schaffen. Ik ben niet gekomen om ze af te schaffen, maar om ze tot vervulling te brengen. Ik verzeker jullie, zolang de hemel en de aarde bestaan, blijft elke jota en tittel in de wet van kracht, totdat alles gebeurd zou zijn.”
De Farizeeën en Schriftgeleerden (de oudsten/ouderlingen van toen) wisten precies wat er in de wet van God staat. Ze hadden er zelf nog veel uitleggende geboden aan toegevoegd. Als je je daar ook maar iets niet aan hield, dan moest je gelijk boete doen, anders had je afgedaan als gelovige Jood.

Maar Jezus liet zijn discipelen graan op Sabbath plukken, Hij genas iemand op Sabbath: dat is geen rust houden! Hij ging met zondaars om. In hun ogen leek Jezus op deze manier Gods Wet af te schaffen en zich er niet aan te houden. Maar Jezus zegt juist dat Hij gekomen is om ze te vervullen, te gehoorzamen en dat elke kleinste regel (jota: kleinste Hebreeuwse letter, tittel: haakje onder een letter) van kracht blijft, totdat Gods koninkrijk komt.

Van kwaad tot erger

En dan geeft hij uitgebreide voorbeelden van vers 20 t/m 42 hoe de Wet bedoeld is. Lees dit stuk maar eens voor jezelf. Je schrikt je wild, als je dit gedeelte leest. Dit kunnen we toch nooit allemaal goed doen? In vers 21-27 legt Hij uit wat “pleeg geen moord” eigenlijk allemaal inhoudt: niet alleen de heldere betekenis: sla niemand dood, maar ook: ga niet kwaad tekeer tegen je klasgenoot of broer; maak hem niet uit voor sufferd of dombo (“nietsnut”); en verklaar hem niet voor gek (“dwaas”). Dit rijtje van 3 gaat van kwaad tot erger, en daarmee de straffen ook: locale rechtbank (“gerecht”), kerkelijke rechtbank(“Sanhedrin”), de eeuwige duisternis (“Gehenna”). In vers 23-25 lezen we van dit gebod de slotconclusie: blijf nooit kwaad op de ander, maar leg de ruzie bij, desnoods op de allerlaatste nipper, voordat het te laat is. Zelfs op het moment dat je in gebed (“offergave”) bent tot God, en je herinnert je dat de ander jou iets verwijt, moet je het dan goedmaken.

Dat kan ik toch nooit!! Ik bent zo vaak kwaad op een ander en om dat altijd maar weer bij te moeten leggen, heb ik ook geen zin in. Die ander moet ook meer eens een keer naar mij te komen. Bovendien ligt de schuld lang niet altijd bij mij, hij begint met die ruzies!
Toch vraagt Jezus dat van ons. Hij bespreekt daarna nog 5 voorbeelden van regels die veel breder zijn dan ze lijken.

Also, be perfect…
In vers 48 lezen we dan ook: “Wees dus volmaakt, zoals jullie hemelse Vader volmaakt is.” Daar ga je met je vriendelijke karakter en je goede bedoelingen: volledig door de mand gevallen! We bakken er helemaal niets van, hoe goed we het ook proberen.
Ja vriendelijk tegen iemand zijn, die vriendelijk tegen jou is, oké. Maar tegen iemand vriendelijk zijn, die misselijk tegen jou doet? En nog erger: van iemand houden, die jou niet kan en wil luchten of zien?(vers 43) Dat is toch totaal onmogelijk! Ja! Dat is finaal onmogelijk! Jezus zegt hier eigenlijk: het doel van de wet is niet de wet op de letter te houden. Maar de wet is de gebruiksaanwijzing voor je leven. En het doel ervan is: elkaar volmaakt lief te hebben en God boven alles.

Gods genade gaat voorop
Maar gelukkig zegt Jezus, voordat Hij aan zijn zware preek begint, allereerst tegen zijn luisteraars: “Gelukkig zijn jullie, want voor jullie is het koninkrijk van de hemel.” Gelukkig, omdat de toehoorders weten dat ze zelf het leven niet kunnen maken, maar de Here Jezus nodig hebben. Daarom zijn ze naar Jezus toe gekomen om naar Hem te luisteren en van Hem te leren. En Jezus geeft aan deze mensen toegang tot de Vader door zijn genade, voordat Hij de preek houdt over de Wet en de Profeten. Voordat de mensen één wet hebben gehoorzaamd, heeft Hij hen in zijn hart gesloten. En dat is toch wel een fantastisch grote gave van de Here Jezus: Hij geeft allereerst ons zijn Liefde, wanneer we helemaal, met al onze ellendige eigenschappen en ervaringen, bij Hem willen komen. En vanuit die Liefde kunnen we werkelijk kinderen van de Vader in de hemel zijn (vers 45). En door Jezus offer aan het kruis voor onze zonden kunnen wij volmaakt zijn, zoals onze Vader in de hemel volmaakt is!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten